Naar inhoud springen

Belgische verkiezingen 1929

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wetgevende verkiezingen 1929
Datum 26 mei 1929
Land Vlag van België België
Te verdelen zetels 187 (Kamer)
93 (Senaat)
Resultaat
Nieuwe regering Jaspar III
Vorige regering Jaspar II
Opvolging verkiezingen
1925     1932
Portaal  Portaalicoon   Politiek
België

Op zondag 26 mei 1929 vonden er wetgevende verkiezingen in België plaats. Het parlement (Kamer en Senaat) werd volledig vernieuwd.

Na de vorige verkiezingen slaagden Katholieken en Socialisten erin een regering te vormen. De zakenwereld was tegen een dergelijk kabinet en zorgde er zo mee voor dat het ten val kwam. Daarop ontstond opnieuw een Katholiek-Liberaal kabinet, namelijk de regering-Jaspar II, dat na de verkiezingen van 1929 onder de naam Jaspar III werd verdergezet.

Zetelverdeling Kamer 1929
1
70
71
28
11
70 71 28 11 
De 181 zetels zijn als volgt verdeeld:

Opmerkelijk is de achteruitgang van de socialisten, die 70 zetels overhouden en het succes van de fronters, die met hun 11 zetels weliswaar een kleine partij bleven. In Luik was op de Socialistische lijst Lucie Dujardin verkozen, de eerste vrouw die in de kamer zetelde. Een belangrijk strijdpunt tijdens de verkiezingen was de taalkwestie voor de regering Jaspar.

Partij Kamer van volksvertegenwoordigers Senaat
Stemmen % Zetels Stemmen % Zetels
BWP 803 347 36.02% (-3.46) 70 (-9) 781 635 36.75% (-4.12) 36 (-3)
Katholieken 778 914 35.38% (-2.04) 71 (-15) 762 459 35.85% (-1.51) 36 (—)
Liberalen 369 114 16.55% (+5.94) 28 (+5) 359 895 16.92% (+0.9) 13 (—)
Vlaams Nationaal 132 567 5.94% (+5.94) 11 (+5) 119 632 5.62% (+3.33) 3 (+3)
Christelijke Werklieden 52 642 2.36% (+1.42) 0 55 237 2.6% (+2.6) 3 (+3)
KPB/PCB 42 237 1.94% (+0.3) 1 (-1) 36 881 1.73% (+1.73) 0
Overige 40 248 1.81% 0 11 111 0.53% 0
Blanco en ongeldig 116 660 4.97% 164 702 7.19%
Totaal 2 346 729 100% 187 2 291 577 100% 93

Regeringsvorming

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Regeringsformatie België 1929 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Na de verkiezingen werd de regering-Jaspar III gevormd.