Naar inhoud springen

Fatum (Friesland)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Fatum
Buurtschap in Nederland Vlag van Nederland
Fatum (Friesland)
Fatum
Situering
Provincie Vlag Friesland Friesland
Gemeente Vlag Waadhoeke Waadhoeke
Coördinaten 53° 9′ NB, 5° 34′ OL
Overig
Postcode 8804
Woonplaats (BAG) Tzum
Portaal  Portaalicoon   Nederland
Friesland

Fatum (Fries: Fâtum) is een buurtschap in de gemeente Waadhoeke, in de Nederlandse provincie Friesland. Het is gelegen ten noordwesten van Spannum en ten zuidwesten van Tzum De bewoning ligt aan de Wommelserweg tussen de buurtschappen De Kampen en Teetlum, die allen binnen het dorpsgebied liggen van Tzum.

De bewoning bestaat uit een mix van los gelegen woningen en boerderijen. Volgens allecijfers.nl, op basis van het kadaster en CBS-gegevens telde de buurtschap anno 2024 een negental adressen.

De buurtschap is ontstaan op een terp waar de Wommelserweg overheen loopt. De terp, een opgeworpen heuvel, is opgeworpen op een kwelderwal. Een groot aantal van de terpen werden voor delen of zo goed als geheel weggegraven, veelal in de 19e en begin 20e eeuw. In het geval de terp van Fatum is alleen het zuidelijke deel niet weggegraven. Bij een uitgebreid proefboringen onderzoek in 1995 bleek dat de nog aanwezige terplagen van zowel circa één meter dik is op het zuidelijke deel als op het westelijke deel van het waarschijnlijke zuidoostelijke deel van de terp een terpaardepakket van meer dan een meter dik, die als zeer rijk werd omschreven.

De proefboringen gaven een beeld van goede conservering van de terplagen aan. De terp, die waarschijnlijk langwerpig van vorm was behoort tot een cluster van terpen op de kwelderwal op en ten noorden van de lijn Achlum-Spannum die dateren uit het midden van de IJzertijd. In het noorden van Fatum werd een westelijke rand van een terp ontdekt met een oostelijke kern, die verder afgegraven is. Bij de boorproeven in 1995 werd er een terplaag van 50 centimeter aangetroffen op de westelijke randzone van de terp en dieper dan de terp werden er ook sporen gevonden.

De buurtschap Fatum werd in 1413 als Taltem gespeld, volgens Karel F. Gildemacher moet dat een vergissing zijn. In 1433 werd de buurtschap in een kopie van een document vermeld als Faltma en Faltema buren, in 1457 als Faltum, in 1511 als Fautum en in 1718 als Faldum en Faatum. In de 19e eeuw komen die laatste twee naast Fatum ook nog voor. De plaatsnaam wijst waarschijnlijk naar het feit dat het woonplaats (heem/um) was van of gesticht door de persoon Falda of Falte. Een andere mogelijkheid is dat het verwijst naar een woonplaats bij een omheinde schaapskooi of melkplaats (fald).

In de polder van Fatum staat er een gelijknamige windmolen, in het zuidelijke deel aan de rand met Teetlum. Het betreft een poldermolen van het type spinnenkop daterend uit 1914. In het begin van de twintigste eeuw is de molen twee keer verbrand en werd herbouwd na de laatste brand. Diens voorloper wordt ook wel aangeduid als Polder 28, dit zou een spinnenkop zijn geweest die gebruikt werd als watermolen behorend bij de buurtschap Teetlum. Bij de herbouw werd de oude ondermolen gebruikt, die mogelijk uit de 18e eeuw stamt. Er stond in ieder geval al een molen in 1832. In 1971 werd de molen Fatum aangewezen als een rijksmonument. In 2022 werd de molen grondig gerestaureerd om weer één of twee keer jaar te kunnen draaien.