Babyjurkje voor Koningsdag

Morgen is het, zoals je waarschijnlijk weet, koningsdag in Nederland.
Op internet zag ik veel gehaakte kroontjes, vlaggetjes en strikjes.
Maar ik wilde iets anders haken.
Het werd een koningsdag babyjurkje.
Het is gelukt, het jurkje is precies op tijd af.

Dit is een vrolijk jurkje voor een klein meisje van negen maanden.
Zo kan ze feestelijk haar eerste koningsdag vieren.

Een stoer jurkje met de Nederlandse vlag als accent.
Met stoere knoopjes op de schouders.

Zal ik het haakpatroon voor dit babyjurkje uitwerken?
Dat is best een flinke klus.
En zet ik het dan weer gratis op mijn blog? 
Ik ga er een paar nachtjes over slapen en eerst koningsdag vieren.
Volgende week kom ik er op terug.
Natuurlijk hoor ik graag wat jij ervan vindt.

Fijne Koningsdag, fijn weekend,

Margaret

Nationale Amigurumi Dag

Je hebt speciale dagen voor van alles en nog wat. 
Wist jij dat er ook een speciale dag voor amigurumi is?
Nee? Ik wist het ook niet tot ik het op instagram bij AmiFan las.
Wanneer? Precies vandaag is het de national day of amigurumi.
Toen vroeg ik me af wat mijn eerste amigurumi was.

Deze ijsbeer was mijn eerste amigurumi.
Zijn naam is Gijs.
Het patroon staat in het boekje Kleine Knuffels Haken van Christel Krukkert.
Het boekje is nog steeds te koop en een echte aanrader.

Gijs heeft flinke poten en een grappig staartje.
Hij is gehaakt met lekker zacht garen: Annell Miami.
Ik haakte Gijs in november 2012.
Na Gijs had ik de smaak voor amigurumi goed te pakken.

Wat was jouw eerste amigurumi?
En wanneer heb jij die eerste amigurumi gehaakt?
Of waag jij je niet aan het haken van knuffels?

Fijne dag,

Margaret

Paashaasje gelukt na vier pogingen

Heb jij wel eens een haakpatroon gemaakt?
Dat is best een flinke klus om alle stappen goed op te schrijven.
Voor je er erg in hebt, ben je wat toeren vergeten in het patroon.
En dat geeft bij het haken van dat patroon daarna problemen.
Na drie haakpatronen met foutjes heb ik gelukkig een goed patroon gevonden.

Zo staan er nu twee nieuwe paashaasjes in mijn huis.
Dit is een vrolijk paashaasje dat knispert als je haar vasthoudt.
In haar lijfje zit naast vulling ook knisperfolie.
Ze heeft ook een klein staartje.

Eén paashaasje is zo alleen.
Dus er is een tweede bijgekomen.
Het wit is nu cherry-roze en het roze is nu wit.

Deze paashaasjes zijn gemaakt met een patroon van Spin a Yarn Crochet.
Op het blog van Spin a Yarn Crochet staan nog meer leuke gratis haakpatronen.
Al een hele tijd wilde ik iets van dit blog haken.
Nu was hét moment om de Jillian Hewitts zakbunny te haken.
En yes, deze paashaasjes zijn goed gelukt.

In het kersenroze paashaasje zit een rammelkraal.
De paashaasjes zijn veilig voor mijn kleindochtertje.
Ze is vast enthousiast dat de haasjes geluid maken.
De paashaasjes zijn gemaakt van Phildar Coton 3 met haaknaald 2,5 mm.

Ga zeker eens rondkijken op het blog Spin a Yarn Crochet.
Vol met gratis haakpatronen.
Jillian Hewitt heeft een herkenbare eigen stijl in haar ontwerpen.
Heb jij al eens iets van Jillian gehaakt?
Wat is jouw favoriete Spin A Yarn ontwerp?

Fijne Paasdagen,

Margaret

Snelle Paashaasjes

Ik dacht dat het volgend weekend Pasen is.
Maar o jee, ik heb me een week vergist, dit weekend is het al Pasen.
Dus heb ik gezocht naar een snel paas-haakwerkje.
Op het blog van Anabelia Craft Design heb ik iets gevonden.

Kleine paashaasjes om aan paastakken te hangen.
Anabelia heeft een gratis haakschema op haar blog staan.
Met restjes van mijn babytruitjes aan de slag.
Een vriendin ziet me haken vanaf het schema.
Het haken vanaf een haakschema houdt haar tegen om met me mee te haken.
En ze werkt het liefst met Nederlandse patronen.
Mijn vriendin is vast niet de enige, daarom laat ik je mijn stappen zien.
Dit doe ik met toestemming van Anabelia, de ontwerpster van dit paashaasje.

Materialen

Restjes haakkatoen (Ik gebruik Phildar Coton 3)

Haaknaald 2,5 mm (of de maat die bij jouw garen past)

Schaar

Stopnaald

Gebruikte steken

l = losse

hv = halve vaste

v = vaste

hst = half stokje

st = stokje

dst = dubbel stokje

cluster 3 hst = een cluster van 3 halve stokjes

cluster  2 st = cluster van 2 stokjes

Bij een cluster 3 hst haak je drie keer een half stokje, 

maar de laatste doorhaling stel je uit.

Na het haken van het begin van drie halve stokjes 

haal je de draad door alle lussen op je haaknaald.

Bij een cluster 2st stel je de laatste doorhaling uit.

Na het 2e st haal je de draad door alle lussen op je haaknaald.

Werkwijze

In het haakschema werk je vanuit het midden naar buiten. 

Toer 1: Begin met een magische ring.

Haak 1 losse en 8 vasten in de ring en sluit de toer met 1 hv in de 1e v.

Trek de draad aan en sluit het gaatje in het midden.

Toer 2: Haak 1 cluster 3 hst in dezelfde steek als de hv uit toer  1 en sluit met 1 l.

Ik sluit ieder cluster met 1 l in tegenstelling tot het haakschema.

Ga verder met 2 l, in iedere volgende steek (*1 cluster 3 hst, 3 l*)

Sluit de toer met 1 hv in de l boven de 1 cluster, waarbij je gelijk de kleur verandert.

Je hebt nu 8 cluster met ertussen 8 lossen-openingen.

Toer 3: Haak 2 l boven het eerste cluster en 1 hst in dezelfde steek.

Ga verder met 3 hst om iedere lossen-opening en 1 hst in ieder cluster (32 steken)

Sluit de toer met 1 hv in het 1e hst.

Toer 4: In deze toer haak je de kop, oren, staart en pootje van de paashaas.

In het haakschema wordt na de kop met oren afgehecht.

Voor staartje en pootje wordt apart aangehecht en afgehecht.

Ik heb dit veranderd zodat je gewoon door haakt.

Voor de kop 4 l, in dezelfde steek 3 dst, in de volgende steek 3 dst.

Je gaat nu verder met het eerste oor:

11 l, 1 v in de 3e l vanaf de haaknaald, in de volgende steken, 1 hst, 1 st, 5 dst, 1 hst,

sluit met 1 hv in het laatste dst van de kop.

Verder met het 2e oor:

11 l, 1 v in de 3e l vanaf de haaknaald, in de volgende lossen 1 hst, 1 st, 5 dst, 1 hst,

Sluit met 1 hv in het laatste dst van de kop.

Nu sluit je de kop met 3 l, 1 hv in dezelfde steek als de dst van de kop.

In het haakschema hecht je nu al, maar ik haak gewoon door langs het lijfje:

10 hv (niet te strak aantrekken)

Dan ga je verder met het staartje:

3 l, 1 cluster 2 st in dezelfde steek als de lossen, ik sluit de cluster met 1 l, 

in de volgende steek 1 cluster 2 st, 3 l, 1 hv in dezelfde steek als de cluster.

Klaar is het staartje. 

In het haakschema wordt afgehecht, maar ik haak gewoon door:

9 hv tot het pootje, 3 hst in de volgende steek, 1 hv in de volgende steek.

Het pootje is klaar.

In het haakschema hecht je weer af, 

maar ik haak nu hv en eindig onder aan de achterkant van de kop.

Dan hecht je af.

Werk de losse draadjes netjes weg.

Door de rand van hv wordt het paashaasje iets steviger en de oortjes krullen minder om.

Haak met verschillende kleuren nog een paar paashaasjes.

Ik heb mijn paashaasjes in takken van de kronkelhazelaar gehangen.

Dit is een klein, leuk haakwerkje voor Pasen.

Je kunt er fijn restjes garen voor gebruiken.

Alle complimenten zijn natuurlijk voor Anabelia voor dit leuke patroon.

Ga zeker even naar haar blog en bedank haar voor het patroon.

Je kunt bij haar ook een mooie label voor aan de paashaasjes downloaden.

Ze vindt het ook leuk om jouw paashaasjes te zien op social media.

Liefst met een link naar haar patroon om haar blog.

Veel haakplezier,

Margaret

Baby Lente Shirtje Gratis Haakpatroon

Veel babykleding wordt gehaakt met garens voor haaknaald 4,0 mm of dikker.
Dat is best dik garen en daardoor wordt die kleding ook vrij dik.
Ik vroeg me af hoe fijn dat voor een baby is.
Zelf draag ik graag dunnere, soepelere kleding
Daarom ben ik aan de slag gegaan met dunner garen.

Dit is het resultaat.
Het mintgroene shirtje past mooi op dit felgekleurde broekje.

Wil je dit babyshirtje ook haken?
Laten we aan de slag gaan.

Materiaal

Phildar Coton 3 (kleur Jade 0058 of Berlingot 0076) 3 bollen (evt. beetje Rosee 0001)

Haaknaald 3,0 mm en 3,5 mm 

Meetlint

Stopnaald met scherpe punt

Schaar

Steekmarkers

Let op: andere katoenen garens kunnen dikker of dunner zijn dan Phildar Coton 3

Maak dan zeker een proeflapje.

Ik gebruik Phildar, omdat het zachter is dan sommige andere katoenen.

Ook blijft het garen goed als je het wast, wat je met babykleding vaak moet doen.

Ik kocht mijn garens in een leuke wolwinkel:
Homemade4u by Anja, 
waar ze me goed hielpen bij de keus van het garen en de kleuren.

Maten

Het patroon is voor de maten 68 - 74 - 80.
Hieronder staan de afmetingen weergegeven in een schema.
Het eerste getal is maat 68, het tweede maat 74 en het derde maat 80.

Afmetingen in cm:

In dit schema zie je de helft van het shirtje.
De tweede helft wordt eraan gehaakt vanaf de streepjeslijn.

Over het ontwerp

Dit shirtje bestaat uit één stuk.

Je begint aan de onderkant van de voorkant.

De mouwtjes worden aangehaakt.

De achterkant haak je van boven naar beneden.

Gebruikte afkortingen steken

op = opzetlus / schuifknoop

  l  = losse

kl   = keerlosse (telt niet als steek)

hv  = halve vaste

 v   = vaste

st   = stokje

meer = meerderen = twee of meer steken in 1 steek haken

min   = minderen = twee steken samen haken

In dit patroon worden twee toeren steeds afgewisseld:

De ene toer uit afwisselend v - l - v enz. en aan het eind 1 kl (telt niet als steek)

De volgende toer afwisselend v (boven v uit vorige toer) - st (boven l) - v enz. 

Aan het eind 1 kl (telt niet als steek)

Start met een oneven aantal steken.

Proeflapje

Gebruik voor een proeflapje het garen waar je mee gaat werken.

Haak steeds de twee toeren zoals hierboven aangegeven met haaknaald 3,0 mm.

Mijn proeflapje geeft de volgende steekverdeling:

20 steken en 20 toeren = 10 bij 10 cm

Patroon

Maat 68 wordt hierna steeds in zwart aangegeven.

Maat 74 wordt met oranje aangegeven 
en maat 80 met groen.

Na al dit voorwerk kunnen we aan de slag met het lente shirtje.

Start met haaknaald 3,5 mm met een ol en haak de beginketting.

maat 68: 53 l + 1 kl

maat 74: 55 l + 1 kl

maat 80: 57 l + 1 kl

Haak verder met haaknaald 3,0 mm.

Toer 1: 1 v in 1e steek, 1 l, *1 v, 1 l*, herhaal **, eindig met 1 v, 1 kl. (53 - 55 - 57 steken)

Keer je werk om.

Toer 2: 1 v in 1e steek, 1 st boven l vorige toer, *1 v, 1 st*, 1 kl (53 - 55 - 57 steken)

Keer je werk om.

Toer 3 - 10: Herhaal toer 1 en 2 nog vier keer (of tot je 5 cm hebt).

Controleer voor de zekerheid de breedte van het shirt (26 - 27 - 28 cm)

Toer 11 - 12: (wissel eventueel naar een tweede kleur) 

                    1 v in iedere steek (53 - 55 - 57), 1 kl en keer je werk om.

Toer 13: Haak weer in de 1e kleur. Herhaal toer 1 (53 - 55 - 57)

Toer 14: Herhaal toer 2 (53 - 55 - 57)

Haak zo door tot de hoogte van 14 - 15 - 16 cm = 28 - 30 - 32 toeren.

                    

Mouwen

We gaan nu meerderen voor de mouwtjes.

Toer 29 (31 - 33): herhaal toer 1, maak aan het eind 8 l, 1 kl (61 - 63 - 65), keer om

Toer 30 (32 - 34): 1 v in 2e l vanaf de haaknaald, 

                           dan weer afwisselend st, 1 v als in toer 2, 

                           haak aan het eind 8 l (69 - 71 - 73), 1 kl, keer om

Toer 31 (33 - 35): 1 v in de 2e l vanaf de haaknaald.

                           dan weer afwisselend 1 l, 1 v als in toer 1(69 - 71 - 73), 1 kl,

                           keer om'

Toer 32 Herhaal toer 2 (69 - 71 - 73)

Haak afwisselend toer 1 en toer 2 tot een hoogte van 23 - 24 - 25 cm = 46 - 48 - 50 toeren.

Hals

Toer 47 - 49 - 51: Laat de middelste 19 - 21 - 23 steken onbewerkt.

Haak de linker- en rechter schouder apart verder volgens toer 1 en 2 (25 - 25 - 25 steken) 

Begin schouder 1 vanaf steek 1 en schouder 2 vanaf steek 45.

Zo haak je beide schouders vanaf dezelfde kant en kom je goed uit met de toeren 1 en 2.

Haak door tot de schouder 4 - 4,5 - 5 cm = 8 - 9 - 10 toeren lang is.

Extra streep op schouder

Wil je een extra streep aanbrengen in de schouder zoals bij mijn 2e shirtje?

Wissel dan na 3 - 4 - 4 toeren van kleur en haak 2 toeren. 

Wissel na 2 toeren terug naar kleur 1.

Haak nu door tot de schouder de gewenste hoogte heeft.

Toer 54 - 57 - 60: nu gaan we weer over de hele breedte haken.

Begin met de schouder die je aan de armsgatkant hebt geëindigd.

Haak volgens het patroon over deze schouder, dan 19 - 21 - 23 l, 

en verder over de tweede schouder (69 - 71 - 73) en eindig met 1 kl. 

Achterkant

We haken nu de achterkant van het shirtje van boven naar beneden.

Herhaal 18 - 18 - 18 toeren lang afwisselend toer 1 en 2.

Let op dat je hiermee goed aansluit bij de toeren van de schouders.

We willen geen verspringing in de toeren 1 en 2.

Eindigen mouwtje

Toer 72 - 75 - 78: Haak volgens patroon, maar sla de laatste 8 steken over (61 - 63 - 65).

                           1 kl, keer om

Toer 73 - 76 - 79: Haak volgens het patroon, sla de laatste 8 steken over (53 - 55 - 57)

Onderkant shirtje

Haak 8 - 9 - 10 cm = 16 - 18 - 20 toeren in het patroon van afwisselend toer 1 en toer 2.

Toer 81 + 82 - 85 + 86 - 89 - 90: 1 v in iedere steek (53 - 55 - 57 steken), 1 kl, keer om

Nu 10 toeren volgens patroon: herhaal toer 1 en toer 2 (5 x)

Hecht af.

Afwerking

1. Werk de losse draadjes netjes weg aan de achterkant van het haakwerk.

2. Leg de voor- en achterkant op elkaar met de goede kanten tegen elkaar.

3. Zet de zijkanten en onderkant mouwen met steekmarkers aan elkaar.

    Hiermee zorg je dat je de naaien netjes kunt sluiten.

4. Neem de stopnaald en een lange draad. 

    Sluit de zijkanten en mouwen. 

    Dat kan op verschillende manieren.

    Ik heb hiervoor de zigzagsteek gebruikt.

    Deze manier van aan elkaar naaien wordt HIER uitgelegd, 

    samen met enkele andere manieren om onderdelen aan elkaar te naaien.

5. Werk de laatste draadjes netjes weg.

Klaar is het babyshirtje!

Ik heb veel tijd gestoken in het uitwerken van dit patroon.

Ontdek je een fout in het patroon.

Wil je me dat dan even laten weten per mail.
Dan kan ik het patroon voor andere gebruikers aanpassen.

Ik deel het patroon met plezier met de lezers van mijn blog.

Maar let op: Dit patroon is uitsluitend voor persoonlijk gebruik.

Het patroon mag niet zonder mijn toestemming in welke vorm ook gedeeld worden.

Een link plaatsen naar dit patroon mag natuurlijk wel.

Ik ben benieuwd naar jullie truitjes.

Leuk als je me een foto stuurt per e-mail 

of een link naar jouw blog of instagram om jouw truitje te bewonderen.

Veel haakplezier,

Margaret

Passend Babytruitje in Stappen

Na een mislukt babytruitje gaf ik je tips om een passend truitje te haken.
Natuurlijk heb ik een nieuwe poging gedaan.
Laat ik je meenemen in mijn aanpak.
Om een truitje te krijgen dat over het babyhoofdje past.
Het start met het verzamelen van het materiaal.

Materialen

Phildar Coton 3 in drie kleuren (rosee 0001, jade 0058, piscine 0042),

van iedere kleur 2 bollen (totaal gewicht truitje 225 gr)

Haaknaald 3,0 mm en 3,5 mm

Meetlint

Schaar

Stopnaald met scherpe punt

Steekmarkers

Originele patroon The Pumpkin Sweater

3 knoopjes

Steken en afkortingen

l = losse

kl = keerlosse (telt niet mee als steek)

hv = halve vaste

v = vaste

st = stokje

gekruist st = sla 1 steek over, 1 st in volgende steek, nu 1 st in overgeslagen steek

minderen = haak twee v samen

meerderen = zoals beschreven in het patroon voor de pas van het truitje

Proeflapje

Gebruik je ander garen dan in het patroon is aangegeven, 

dan is een proeflapje écht nodig.

Mogelijk moet het patroon dan aangepast worden.

In het patroon worden steeds twee toeren afgewisseld:

toer 1: 1 kl (telt niet als steek), 1 v in iedere steek

toer 2: 2 kl (telt niet als steek), gekruiste st over de hele toer

Mijn proeflapje geeft de volgende steekverhouding:

19 steken en (8 x toer 1 en 2 + 1 toer v) = 10 bij 10 cm

Maat kiezen

Ik kies voor maat 74 - 80.

Dat is hoofdomtrek 45 à 46 cm (zie de tabel HIER).

Het truitje wordt van boven naar beneden gehaakt.

Dus het begin bij de hals.

Op basis van de hoofdomtrek zou ik met 85 à 88 steken moeten beginnen.

In dit patroon is een even aantal steken en deelbaar door 8 nodig.

Om het truitje makkelijker aan te kunnen doen, pas ik het patroon aan.

Daardoor heb ik iets minder steken nodig dan de 85 à 88.

Ik start met 80 steken (in het originele patroon als maat 4-5 jaar).

Let op bij gebruik van het schema in het originele patroon:

De maat bij de hals is voor alle maten te klein. 

Voor maat 74 - 80 moet het 12 à 13 cm zijn.

Haak je een andere maat, houdt dan rekening met deze fouten in het schema.

Werkwijze

Het originele patroon wordt rond gehaakt.

Ik haak de toeren niet rond, maar heen en terug.

Dat heeft twee voordelen:

1. Aan de achterkant komt een opening met knoopjes.

    Daardoor is het truitje makkelijker aan te doen,

    want de halsopening is zo groter dan bij het origineel.

2. Bij rondhaken loopt de naad aan de achterkant schuin weg.

    Met heen- en terug haken wordt de naad aan de achterkant recht.

De pas

Haak met haaknaald 3,5 mm een ketting van 80 steken.

Ga verder met haaknaald 3,0 mm.

Toer 1: 1 kl, 1 v in dezelfde steek, 10 v, 3 v in de volgende steek en steekmarker in 

            middelste v, 16 v, 3 v in volgende steek en steekmarker in middelste v, 

            22 v, 3 v in volgende steek en steekmarker in middelste v, 16 v,

            3 v in volgende steek en steekmarker in middelste v, 11 v, ( 88 steken), 

            keer je werk om

Toer 2: 2 kl, gekruiste st vanaf steek 1 tot steekmarker, *verwijder steekmarker en             dan 1 st, 1 l, 1 st in die v, gekruiste st tot volgende steekmarker*, herhaal               van * tot 2 x, verwijder laatste steekmarker en 1 st, 1 l, 1 st in die v,  '

           gekruiste v tot eind ( 96 steken)

Toer 3 - 16: herhaal afwisselend toer 1 en 2 (208 steken in toer 16)

Lijfje

In de volgende toer worden de armsgaten en het lijfje gescheiden.

Wissel in de laatste steek van toer 16 naar kleur 2.

Haak verder met haaknaald 3,0 mm.

Leg de pas zo op  elkaar dat de opening midden achter ligt 

en de hoeken op elkaar liggen (zie foto's in originele patroon)

Toer 17: 

1 kl, 1 v in iedere steek tot 1 steek voor de hoek.

Om armsgat 1 te sluiten haak je: 

1 v in de steek vóór de l in de 1e hoek en 1 v na de l in 2e hoek,

sla de steken van het armsgat hierbij over,

1 v in iedere volgende steek tot 1 steek voor de volgende hoek.

Om armsgat 2 te sluiten haak je: 

1 v in de steek vóór de l in de 1e hoek en 1 v na de l in 2e hoek,

sla de steken van het armsgat over,

1 v in iedere steek tot het einde van de toer, keer het haakwerk om.

Toer 18:

Haak verder over de steken van het lijfje.

2 kl, gekruiste st tot het eind van de toer, keer het haakwerk om

Toer 19

1 kl, 1 v in iedere steek, keer het haakwerk om

Toer 20

2 kl, gekruiste st tot eind toer, keer het haakwerk om

Herhaal toer 19 en 20  vier keer.

Wissel naar kleur 3

Herhaal toer toer 19 en 20 tot het lijfje 20 cm is (gemeten vanaf onderkant armsgat)

Hecht af.

Mouwen

In het originele patroon wordt de toer steeds gesloten en rond gehaakt.

Ik haak weer heen en terug en sluit de toeren niet.

Toer 1

Start met kleur 2

Begin aan de onderkant van de mouw en hecht de draad aan.

Haak rond het armsgat vasten.

Zorg dat je een even aantal steken hebt voor de gekruiste st.

Heb je een oneven aantal, meerder dan 1 steek.

Keer het haakwerk om.

Toer 2

2 kl, gekruiste st van begin tot eind toer, keer om

Toer 3

1 kl, 1 v in dezelfde steek als de kl, haak 2 v samen, 1 v in volgende steken, 

haak laatste twee steken samen, keer om

Toer 4

herhaal toer 2

Herhaal toer 3 en 4 vier keer en wissel naar kleur 3

Toer 13 

Herhaal toer 3

Meet de onderkant van de mouw.

Deze moet 18 à 19 cm zijn (of dubbelgevouwen 9 à 9,5 cm).

Toer 14 

Herhaal toer 2

Toer 15

1 kl, 1 v in iedere steek, keer om

Toer 16

Herhaal toer 2

Herhaal toer 15 en 16 tot de mouw 20 cm is, gemeten vanaf de onderkant van het 

armsgat.

Hecht af.

Afwerking

1. Sluit met naald en draad de naad aan de achterkant van het truitje tot de pas.

2. Sluit met naald en draad de onderkant van de mouwen.

3. Werk alle losse draadjes netjes weg.

4. Neem haaknaald 3,5 mm en garen kleur 3.

    Werk de onderkant van het lijfje en de mouwen af met een kreeftsteek.

    Werk de draadjes weg.

5. Neem haaknaald 3,5 mm en garen kleur 1.

    Werk de opening achter en de hals af met de kreeftsteek. 

    Begin aan de onderkant van de opening op de rug, haak langs de rechterkant,

    langs de hals en dan langs de linkerkant van de opening naar beneden.

    Hecht de draadjes op.

6. Haak met haaknaald 3,0 mm drie kettingen van 8 l.

    Maak hiervan lusjes die je op de linker opening naait.

    Naai op de rechter opening op dezelfde hoogte als de lusjes drie knoopjes.

Klaar is het truitje!

Door de opening gaat het truitje makkelijk over het hoofdje van de baby.

Nu past het truitje gelukkig goed!

De basis voor dit truitje is The Pumpkin Sweater van By Katerina.

Kijk ook eens naar haar andere mooie haakpatronen.

Door het gebruik van Phildar Coton 3 is het truitje lekker zacht.

Het is ook goed wasbaar.

Ik heb geprobeerd het patroon zo goed mogelijk op te schrijven.

Ontdek je een foutje, dan hoor ik het graag van je.

Alle complimenten zijn natuurlijk voor Katerina voor haar gave haakpatroon.

Fijne dag,

Margaret