Naar inhoud springen

vilja

Uit WikiWoordenboek

vilja

  1. graan


  • vil·ja

vilja g

  1. wil
viljas enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     vilja     viljan     viljor     viljorna  
  genitief     viljas     viljans     viljors     viljornas  
stamtijd
infinitief verleden
tijd
supinum
vilja
ville
velat
volledig

vilja

  1. willen