stikken
Uiterlijk
- stik·ken
- In de betekenis van ‘smoren’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477 [1]
- In de betekenis van ‘naaien’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1366 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
stikken |
stikte |
gestikt |
zwak -t | volledig |
stikken
- ergatief om het leven komen door zuurstofgebrek in de hersenen
- Hij is gestikt doordat die ruimte vol met koolzuurgas gestroomd is.
- overgankelijk een stuk stof middels een aantal vrij losse steken op zijn plaats houden
- Ik heb de zoom even gestikt, zodat hij nu goed genaaid kan worden.
er zijn hier zeer veel van de
- • Het was weer eens een lange, hete dag en ik stopte pas toen ik in een diepe kloof bij een kleine poel met stilstaand groen water aankwam waar het stikte van de muggen. [2]
1. om het leven komen door zuurstofgebrek in de hersenen
- Het woord stikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stikken" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- 1 2 "stikken" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %