hakkenbar
Uiterlijk
- hak·ken·bar
- samenstelling van hak en bar met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hakkenbar | hakkenbars |
verkleinwoord | hakkenbarretje | hakkenbarretjes |
- een klein schoenmakersbedrijf waar men de kleine herstelling doet terwijl de klant wacht
- De vrouw ging naar de hakkenbar om een spoedreparatie aan haar hak te laten verrichten.
- Het woord hakkenbar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.