aanduiding
Uiterlijk
- Geluid: aanduiding (hulp, bestand)
- IPA: / ˈandœydɪŋ / (3 lettergrepen)
- aan·dui·ding
- Naamwoord van handeling van aanduiden met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanduiding | aanduidingen |
verkleinwoord | aanduidinkje | aanduidinkjes |
de aanduiding v
- waardoor iets duidelijk wordt, aanwijzing, vingerwijzing, teken, wenk
- Op het etiket van een artikel kan men aanduidingen vinden waar de verschillende bestanddelen vandaan komen.
- ▸ Op de bruine deklaag stond in het wit in twee talen een aanduiding.[1]
1. aanwijzing
- Het woord aanduiding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanduiding" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %