Naar inhoud springen

33e Grammy Awards

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
33e Grammy Awards (1991)
Grammy Awards
Datum 20 februari 1991
Locatie Radio City Music Hall, New York
Host Garry Shandling
Netwerk CBS
Vorige Grammy Awards 1990
Volgende Grammy Awards 1992
Portaal  Portaalicoon   Muziek

De 33e uitreiking van de jaarlijkse Grammy Awards vond plaats op 20 februari 1991 in de Radio City Music Hall in New York. De uitreiking werd gepresenteerd door komiek en acteur Garry Shandling en uitgezonden door CBS.

De grote winnaar was het album Back on the Block van Quincy Jones, die als producer, arrangeur en componist optrad. De meeste nummers werden gezongen door namen als Chaka Khan, Ray Charles, Siedah Garrett en Barry White. Opvallend aan de plaat was dat er een prominente plek was gegeven aan rap, waarmee het een van de eerste albums was waarop rap, R&B, jazz en pop werden gecombineerd. Die crossover was ook te zien aan het aantal categorieën waarin de verschillende nummers werden onderscheiden: ze wonnen in de belangrijkste pop-, rap-, jazz- en R&B-categorieën, alsmede enkele technische categorieën.

Jones zelf kreeg zes Grammy's, onder meer voor Album of the Year, Best Jazz Fusion Performance en Producer of the Year. Daarbovenop won het album nóg twee Grammy's; een voor technicus Bruce Swedien (Best Engineered Recording) en een voor Chaka Khan & Ray Charles in de categorie Best R&B Vocal Performance.

Na Jones waren rapper MC Hammer en dirigent Leonard Bernstein grote winnaars, met elk drie Grammy's.

Beste nieuwkomer was Mariah Carey die in 1990 was doorgebroken. Zij won tevens een Grammy voor Best Pop Vocal Performance voor Vision of Love.

In de klassieke categorieën gingen nogal wat prijzen naar mensen die inmiddels overleden waren. Vladimir Horowitz, overleden in 1989, won zijn 23e Grammy voor The Last Recording, terwijl de in 1990 gestorven Leonard Bernstein drie postume Grammy's kreeg. In de pop- en blues-categorieën werden nog meer postume Grammy's verdeeld: Roy Orbison won er een voor een live-versie van Oh Pretty Woman en de in 1990 overleden Stevie Ray Vaughan won als een van de Vaughan Brothers twee blues-Grammy's.

Er waren ook weer de haast gebruikelijke incidentjes. Public Enemy was voor het derde jaar genomineerd in de rap-categorie, en verloor voor het derde jaar. Dit keer van een nummer van het genoemde Back on the Blok album. Public Enemy was genomineerd met het album Fear of a Black Planet. Bob Dylan kreeg een Lifetime Achievement Grammy en omlijstte dat met het spelen van het nummer Masters of War uit 1963. Dat was een duidelijke verwijzing naar de Golfoorlog die op dat moment woedde, een thema dat tijdens de show angstvallig werd vermeden.

De oudste winnaar was de komiek George Burns, die op zijn 95e een Grammy kreeg in de categorie Best Spoken Word Recording.

  • Best Country Vocal Performance (zangeres)
  • Best Country Vocal Performance (zanger)
  • Best Country Vocal Performance (duo/groep)
    • "Pickin' on Nashville" - The Kentucky Headhunters
  • Best Country Vocal Collaboration
  • Best Country Instrumental Performance
  • Best Country Song
    • Don Henry & Jon Vezner (componisten) voor Where've You Been, uitvoerende: Kathy Mattea
  • Best Bluegrass Recording
  • Best Traditional Blues Recording
  • Best Contemporary Blues Recording

Folk/Traditioneel

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Best Traditional Folk Recording
  • Best Contemporary Folk Recording
    • "Steady On" - Shawn Colvin
  • Best Polka Recording
    • "When It's Polka Time at Your House" - Jimmy Sturr
  • Beste latin pop-optreden
  • Best Tropical Latin Performance
    • "Lambada Timbales" - Tito Puente
  • Best Mexican-American Performance
  • Best Gospel Album
    • "Another Time...Another Place" - Sandi Patti
  • Best Rock/Contemporary Gospel Album
    • "Beyond Belief" - Petra
  • Best Traditional Soul Gospel Album
    • "Live" - Tramaine Hawkins
  • Best Contemporary Soul Gospel Album
    • "So Much 2 Say" - Take 6
  • Best Southern Gospel Album
    • "The Great Exchange" - Bruce Carroll
  • Best Gospel Album (koor)
    • "Having Church" - James Cleveland (dirigent) (uitvoerende: The Southern California Community Choir)
  • Best Jazz Vocal Performance (zangeres)
  • Best Jazz Vocal Performance (zanger)
  • Best Jazz Instrumental Performance (solist)
    • "The Legendary Oscar Peterson Trio Live at the Blue Note" - Oscar Peterson
  • Best Jazz Instrumental Performance (groep)
    • "The Legendary Oscar Peterson Trio Live at the Blue Note" - Oscar Peterson Trio
  • Best Jazz Instrumental Performance (big band)
    • "Basie's Bag" - Frank Foster
  • Best Jazz Fusion Performance
  • Best New Age Performance

Klassieke muziek

[bewerken | brontekst bewerken]

Vetgedrukte namen ontvingen een Grammy. Overige uitvoerenden, zoals orkesten, solisten e.d., die niet in aanmerking kwamen voor een Grammy, staan in kleine letters vermeld.

  • Best Orchestral Performance
  • Best Classical Vocal Performance
  • Best Opera Recording
    • "Wagner: Das Rheingold" - Christa Ludwig, Ekkehard Wlaschiha, Heinz Zednik, James Morris, Jan Hendrik Rootering, Kurt Moll & Siegfried Jerusalem (solisten); James Levine (dirigent); Cord Garben (producer)
    • Metropolitan Opera Orchestra, orkest
  • Best Choral Performance (koor)
    • "Walton: Belshazzar's Feast/Bernstein: Chichester Psalms; Missa Brevis" - Robert Shaw (dirigent)
    • Atlanta Symphony Orchestra & Chorus
  • Best Classical Performance (instrumentale solist met orkestbegeleiding)
  • Best Classical Performance (instrumentale solist zonder orkestbegeleiding)
  • Best Chamber Music or Other Small Ensemble Performance (kamermuziek)
  • Best Contemporary Composition (beste eigentijdse compositie)
    • Leonard Bernstein (componist) voor "Bernstein: Arias & Barcarolles"
    • uitvoerenden: Judy Kaye & William Sharp
  • Best Classical Album

Composing & Arranging (composities & arrangementen)

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Best Instrumental Composition
  • Best Song Written Specifically for a Motion Picture or Television (Beste nummer voor een film- of tv-soundtrack)
  • Best Instrumental Composition Written for a Motion Picture or for Television (Beste instrumentale nummer voor film- of tv-soundtrack)
    • James Horner (componist) voor Glory, uitvoerenden: The Boys Choir of Harlem & James Horner
  • Best Arrangement on an Instrumental (Beste instrumentale arrangement)
    • Jerry Hey, Quincy Jones, Ian Prince & Rod Temperton (arrangeurs) voor Birdland, uitvoerende: Quincy Jones
  • Best Instrumental Arrangement Accompanying Vocal(s) (Beste instrumentale arrangement voor een nummer met zang)

Kinderrepertoire

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Best Musical Cast Show Album
    • "Les Misérables - The Complete Symphonic Recording" - David Caddick (producer); uitvoerenden: Gary Morris & Cast
  • Best Album Package (Beste hoesontwerp)
    • Jeffrey Gold, Len Peltier & Suzanne Vega (ontwerpers) voor Days of Open Hand, uitvoerende: Suzanne Vega
  • Best Album Notes (Beste hoestekst)
    • Dan Morgenstern (schrijver) voor Brownie - The Complete Emarcy Recordings of Clifford Brown, uitvoerende: Clifford Brown

Production & Engineering (Productie & techniek)

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Best Engineered Recording, Non-Classical (Beste techniek op een niet-klassiek album)
    • Bruce Swedien (technicus) voor Back on the Block, uitvoerende: Quincy Jones
  • Best Engineered Recording, Classical (Beste techniek op een klassiek album)
    • Jack Renner (technicus) voor Rachmaninoff: Vespers, uitvoerenden: The Robert Shaw Festival Singers o.l.v. Robert Shaw
  • Producer of the Year (Non-Classical)
  • Producer of the Year (Classical)
    • Adam Stern

Gesproken Woord

[bewerken | brontekst bewerken]
  • Best Spoken Word or Non-Musical Recording
  • Best Historical Album
    • "Robert Johnson - The Complete Recordings" - Lawrence Cohn & Stephen Lavere (producers)
  • Best Short Form Music Video (Beste videoclip)
  • Best Long Form Music Video (Beste lange video)
    • "Please Hammer Don't Hurt 'Em - The Movie" - MC Hammer (uitvoerende), Rupert Wainwright (regie), John Oetjen (producer)