snel
- snel
- erfwoord, in de betekenis van ‘vlug’ aangetroffen vanaf 1240, maar al te reconstrueren in 1080 [1] [2] [3] [4]
|
|
|
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | snel | sneller | snelst |
verbogen | snelle | snellere | snelste |
partitief | snels | snellers | - |
snel
- in korte tijd
- een hoge snelheid hebbend
- Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel
liegen keert zich tegen je, altijd! - met een leugen schiet iemand niets op omdat de waarheid altijd vroeg of laat naar buiten komt
- [2] snelle jongenzakenman die in korte tijd veel geld wil verdienen
- [1] snel weg zijn met
1.
|
vervoeging van |
---|
snellen |
snel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snellen
- Ik snel.
- gebiedende wijs van snellen
- Snel!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snellen
- Snel je?
- Het woord snel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "snel" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[8] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Oudnederlands Woordenboek
- ↑ snel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "snel" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron “Dit moet je weten over een mui, een plek die je de zee in kan sleuren”, NOS-stories
- ↑ 6,0 6,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be