ambtsgebied

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ambtsgebied    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ambts·ge·bied

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  ambt zn  en  gebied zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ambtsgebied	ambtsgebieden
verkleinwoord	ambtsgebiedje	ambtsgebiedjes

Zelfstandig naamwoord

het ambtsgebied o

1. grondgebied waarover men zijn ambt uitoefent

   ▸ Sullivan (68) was een gevierde held, bestrijder van drugs en een expert in cyberterrorisme. Van 1984 tot 2002 was hij de hoog gerespecteerde sheriff van zijn ambtsgebied. Een jaar voor hij ermee ophield koos de nationale vereniging van sheriffs de man tot 'sheriff van het jaar'.

   ▸ De controleactie EXIT vond vrijdag tussen 15 en 23 uur plaats in het ambtsgebied van de Coördinatie- en Steundirectie Asse-Halle-Vilvoorde. De actie was prioritair gericht op rondtrekkende dadergroeperingen en daders van onder meer homejackings en carjackings en secundair op criminaliteit in het algemeen. Binnen het arrondissement Asse-Halle-Vilvoorde werden 97 extra politiemensen ingezet.

   ▸ Uw collega procureur-generaal Johan Delmulle uit Brussel kondigt aan om de aanpak van Syriëstrijders, IS en andere geradicaliseerde elementen in zijn ambtsgebied te verscherpen. Hij uitte de intentie om de sociale uitkeringen van diegenen die voor de terreurorganisatie Islamitische Staat strijden, af te nemen en zelfs terug te vorderen. Eveneens wil hij maatregelen treffen tegen vzw’s die banden hebben met Syriëstrijders en hun wettelijke verplichtingen niet nakomen. Hij refereerde naar enkele steden die reeds bestuurlijk optreden tegen islamitische strijders. De stad Antwerpen is hiervan een voorbeeld.

Verwante begrippen

• bestuursgebied, bisdom, parochie, district, rayon, territorium

Gangbaarheid

• Het woord ambtsgebied staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.