Christelijk-Historische Unie
Christelijk-Historische Unie | ||||
---|---|---|---|---|
Personen | ||||
Partijvoorzitter | Alexander Frederik de Savornin Lohman (1908-1910) Johannes Theodoor de Visser (1910-1918) Jan Schokking (1918-1925; 1927-1932) Jan Rudolph Slotemaker de Bruïne (1925-1926; 1932-1933) Dirk-Jan de Geer (1933-1939) Hendrik Willem Tilanus (1939-1958) Henk Beernink (1958-1966) Arnold Tilanus (1966-1968) Johan van Hulst (1969-1972) Otto Willem Arnold van Verschuer (1972-1977) Luck van Leeuwen (1977-1980) | |||
Geschiedenis | ||||
Opgericht | 9 juli 1908 | |||
Opheffing | 11 oktober 1980 | |||
Fusie van | Friese Bond (1898-1908) Christelijk-Historische Partij (1903-1908) | |||
Opgegaan in | CDA | |||
Algemene gegevens | ||||
Actief in | Nederland | |||
Richting | Centrumrechts (Volgens vooroorlogse opvattingen: "Rechts") | |||
Ideologie | Christendemocratie Traditioneel conservatisme Orangisme Conservatief-liberalisme | |||
Jongerenorganisatie | Federatie van Christelijk Historische Jongeren | |||
Wetenschappelijk bureau | jhr. mr. A.F. de Savornin Lohmanstichting (1955-1980) | |||
Europese fractie | Fractie van de Europese Volkspartij (v.a. 1976) | |||
Europese organisatie | Nouvelles Equipes Internationales Europese Volkspartij (v.a. 1976) | |||
|
De Christelijk-Historische Unie (CHU) was een Nederlandse protestants-christelijke politieke partij, die in 1908 werd opgericht en tot 1980 als zelfstandige partij heeft bestaan.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]De CHU werd op 9 juli 1908 opgericht, als fusie van de Christelijk-Historische Partij (opgericht 1903) en de Bond van kiesverenigingen op Christelijk-Historischen grondslag in de provincie Friesland (opgericht 1898). De partij kwam voort uit de vrij-antirevolutionairen van Alexander de Savornin Lohman, die als vooraanstaand Kamerlid voor de ARP in conflict was gekomen met zijn eigen partij. Dit conflict ging onder andere over de invoering van het algemeen kiesrecht en de politieke strategie van de ARP, namelijk de antithese: een bondgenootschap van de protestanten met de katholieken tegenover de seculiere politieke partijen. De Savornin Lohman was tot zijn dood in 1924 het belangrijkste gezicht van de CHU.
De CHU rekruteerde haar aanhang voornamelijk uit de leden van de hervormde kerk. Zij telde veel adellijke personen onder haar aanhang. In tegenstelling tot de ARP was het partijverband van de CHU altijd zeer losjes, waardoor de CHU-fractie vaak verdeeld stemde.
De Unie had een gematigd-conservatief karakter. Samen met de ARP en de Roomsch-Katholieke Staatspartij (RKSP) vormde ze de rechterzijde in de Nederlandse politiek. CHU-leider Dirk Jan de Geer was in het interbellum tweemaal minister-president.
Na de Tweede Wereldoorlog kwam de CHU onder de leiding van Tilanus "de Oudere" en Tilanus "de Jongere". Een bekend CHU-parlementariër was freule Christine Wttewaall van Stoetwegen. In de jaren 70 werd onder leiders als Berend Jan Udink en Roelof Kruisinga een steeds rechtsere koers gevaren. Terwijl de partners KVP en ARP gedoogsteun gaven aan het kabinet-Den Uyl, koos de CHU voor de oppositie. "Gedoopte liberalen", werden de leden wel genoemd.
De krant die met de zuil van de CHU was gelieerd, was het dagblad De Nederlander, later hernoemd naar De Nieuwe Nederlander.
In 1980 gingen de CHU, de ARP en de Katholieke Volkspartij (KVP) op in een nieuwe politieke partij, het Christen-Democratisch Appèl (CDA).
Bolwerken
[bewerken | brontekst bewerken]De CHU haalde de hoogste percentages stemmen in de provincies Friesland, Zeeland en Overijssel. Met name het westen en zuidwesten van Friesland, het huidige Steenwijkerland, Zuid-Beveland, Walcheren, Marken en de Veluwe waren bolwerken van de partij.
Vrouwenbeweging en jeugdafdeling
[bewerken | brontekst bewerken]Anders dan de ARP bestonden er binnen de CHU minder bezwaren tegen vrouwen in de politiek. In 1922 werd mevr. Frida Katz in de Tweede Kamer gekozen. In 1935 kwam de Centrale van Christelijk Historische Vrouwengroepen tot stand. Mevr. Katz werd de eerste voorzitter van de vrouwenbeweging. Na de oorlog nam jkvr. Wttewaall van Stoetwegen de leiding van de vrouwenbeweging over. Het tijdschrift van de Christelijk Historische Vrouwengroepen was Vrouwengeluiden.
Er was ook een jeugdafdeling: de Federatie van Christelijk Historische Jongeren. Het tijdschrift heette De Christelijk-Historische Jongeren.
Feiten en cijfers
[bewerken | brontekst bewerken]Zetels in de Tweede Kamer
[bewerken | brontekst bewerken]Van de honderd leden van de Tweede Kamer gekozen volgens het districtenstelsel:
Van de honderd leden van de Tweede Kamer gekozen volgens het stelsel van evenredige vertegenwoordiging en het algemeen mannenkiesrecht:
- 1918 - 7 zetels (6,6%)
Van de honderd leden van de Tweede Kamer gekozen volgens het stelsel van evenredige vertegenwoordiging en het algemeen kiesrecht:
- 1922 - 11 zetels (10,9%)
- 1925 - 11 zetels (9,9%)
- 1929 - 11 zetels (10,6%)
- 1933 - 10 zetels (9,2%)
- 1937 - 8 zetels (7,5%)
- 1946 - 8 zetels (7,8%)
- 1948 - 9 zetels (9,1%)
- 1952 - 9 zetels (8,9%)
Van de honderdvijftig leden:
- 1956 - 13 zetels (8,4%)
- 1959 - 12 zetels (8,1%)
- 1963 - 13 zetels (8,5%)
- 1967 - 12 zetels (8,1%)
- 1971 - 10 zetels (6,3%)
- 1972 - 7 zetels (4,4%)
Bron: CHU en de Tweede Kamerverkiezingen tussen 1946 en 1980
Zetels in de Eerste Kamer
[bewerken | brontekst bewerken]Van de vijftig leden van de Eerste Kamer:
Van de vijfenzeventig leden:
- 1956 - 8 zetels
- 1960 - 8 zetels
- 1963 - 7 zetels
- 1966 - 7 zetels
- 1969 - 8 zetels
- 1971 - 7 zetels
- 1974 - 7 zetels
Bron: Zetelverdeling Eerste Kamer 1946-heden
Bekende personen
[bewerken | brontekst bewerken]- Koos Andriessen
- Frans Beelaerts van Blokland
- Albert Christiaan Willem Beerman
- Henk Beernink
- Hendrik van Boeijen
- Gerardus Philippus Helders
- Jhr. Bonifacius Cornelis de Jonge
- Willem Jan Arend Kernkamp
- Piet Lieftinck
- Hendrik Mulderije
- Jan Willem de Pous
- Aart van Rhijn
- Jan Schokking
- Wim Schokking
- Ynso Scholten
- Jan Rudolph Slotemaker de Bruïne
- Kees Staf
- Berend Jan Udink
- Chris van Veen
- Johannes Theodoor de Visser
- Johannes Anthonie de Visser
- Michael Rudolph Hendrik Calmeyer
- Isaäc Nicolaas Theodoor Diepenhorst
- Bert Haars
- Joop Haex
- Roelof Kruisinga
- Durk van der Mei
- Willem Scholten
Eerste Kamervoorzitters:
- 1904 - 1914 Jan Elias Nicolaas Schimmelpenninck van der Oye
- 1929 - 1946 Willem Lodewijk de Vos van Steenwijk
Tweede Kamervoorzitter:
- 1909 - 1912 Frederik van Bylandt
Fractievoorzitters Tweede Kamer:
- 1908 - 1921 Alexander de Savornin Lohman
- 1921 - 1925 Jan Schokking
- 1925 - 1929 Johannes Theodoor de Visser
- 1929 - 1933 Jan Schokking
- 1932 - 1933 Reinhardt Snoeck Henkemans
- 1933 - 1939 Dirk Jan de Geer
- 1939 - 1963 Hendrik Willem Tilanus
- 1963 - 1967 Henk Beernink
- 1967 - 1968 Jur Mellema
- 1968 - 1968 Christine Wttewaall van Stoetwegen (waarnemend)
- 1968 - 1969 Arnold Tilanus
- 1969 - 1971 Jur Mellema
- 1971 - 1971 Roelof Kruisinga (juli)
- 1971 - 1972 Jur Mellema
- 1972 - 1973 Arnold Tilanus
- 1973 - 1977 Roelof Kruisinga
Fractievoorzitters Eerste Kamer:
- 1923 - 1929 Willem Lodewijk baron de Vos van Steenwijk
- 1929 - 1946 Bonne de Savornin Lohman
- 1946 - 1946 Rommert Pollema
- 1946 - 1959 Gualthérus Kolff
- 1959 - 1965 Rommert Pollema
- 1965 - 1966 Marien Geuze
- 1966 - 1968 Johannes Christiaan Bührmann
- 1968 - 1977 Johan van Hulst
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Marcel ten Hooven en Ron de Jong, Geschiedenis van de Christelijk-Historische Unie 1908-1980, 2008, 400 p., Boom - Amsterdam, ISBN 978-90-850-6649-1[1][2][3]
- Willem Pekelder Voor volk en geweten; de Christelijk-Historische Unie in de Groene Amsterdammer 17 oktober 2008 (jrg.132, nr.42)
- M.R.H. Calmeyer Herinneringen: memoires van een christen, militair en politicus, uitg. Sdu, Den Haag (1997), ISBN 90-12-08440-7
- A.Rh. van Deursen 'Overheid en publiek belang: jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman, Christelijk-Historische Unie en reformatorische politiek, uitg. Marnix van St. Aldegonde Stichting, Wetenschappelijk Studiecentrum van de RPF, Nunspeet (1994), ISBN 90-72016-19-X
- Hans van Spanning In dienst van de theocratie. Korte geschiedenis van de Protestantse Unie en de Centrumgespreksgroep in de CHU,uitg. Boekencentrum, Zoetermeer, (1994), ISBN 90-239-1469-4
- Hans van Spanning De Christelijk-Historische Unie (1909-1980). Enige hoofdlijnen uit haar geschiedenis (1988).
- W.F. de Gaay Fortman (red.) Jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman, 29 mei 1837-11 juni 1924, uitg. Kok, Kampen (1987), ISBN 90-242-5231-8
- Jan Wieten Dagblad en doorbraak: De Nederlander en De Nieuwe Nederlander, ISBN 90-242-0924-2
- A.J. van Dulst (red.) Herinneringen aan de Unie waarin we ons thuis voelden Werkgroep Christelijk-Historische Karakteristieken, uitg. Stichting Uniepers, Den Haag (1980)
- Hans van Spanning & B. Woelderink, red.K. de Vries & E. Bleumink Unie in het vizier: een korte kenschets van de ontwikkelingen in de Christelijk-Historische Unie na de Tweede Wereldoorlog, uitg. Semper Agendo, Apeldoorn (1968)
- (brochure) Het vrijheidsbegrip bij C.H.U. en V.V.D. uitg. Jhr. Mr. A.F. de Savornin Lohmanstichting (1959)
- P.A. Diepenhorst Trouw en met ere: de ontwikkelingsgang der antirevolutionaire of christelijk-historische richting in vogelvlucht, uitg. Ruys, Amsterdam (1952)
- J.J.R. Schmal Christelijk-Historisch ook nu - Inleidende Beschouwingen, uitg. Blommendaal, Den Haag (1948)
- J.R. Snoeck Henkemans Geschiedenis en beginsel van de Christelijk-Historische Unie uitg. Persvereeniging "Koningin en Vaderland", Apeldoorn (1929, herz. editie 1934)
- C.E. van Koetsveld De Christelijk-Historische Unie, uitg. Hollandia, Baarn (1909, herz. editie 1918)
- J. Haafkens Toelichting op het program der christelijk-historische partij, uitg. Höveker & Wormser, Amsterdam (1905)
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]Referenties
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ De eigenaardigste partij, Trouw, 8 okt 2008
- ↑ De CHU: meer een levenshouding dan een politieke keuze, Jan Kuijk, Trouw, 11 okt 2008
- ↑ Gerry van der List Lieve conservatieven in Elsevier 18 oktober 2008 (jrg.64, nr.42), pag.122